Borstkanker en voeding
Wat is nu goede voeding en wat niet?
Er gaan steeds meer alarmbellen af dat voeding een grote invloed heeft op onze gezondheid. In Nederland is drs. Richard de Leth, arts en groot voorstander van andersoortige voeding preventief voor onze gezondheid om ziekten te voorkomen. Zo gek is dat eigenlijk niet want elke dag opnieuw eten en drinken we van alles, jaren lang. Een keer een gebakje is niet erg maar je weet zelf als je elke dag een gebakje eet dat het bijna een garantie is om extra kilo’s te krijgen. Er is een behoorlijk tweedeling aan het ontstaan. De medici die geen geloof hebben in voeding versus ziekte en een nieuwe opkomende groep van artsen die wel zien dat er een verband is. De proef op de som is niet zo lastig, als je besluit om een week lang geen suiker en minder vetten te eten dan zijn de meest gehoorde uitspraken; ik voel me energieker, ik voel me lekkerder in mijn vel, minder opgeblazen. We kunnen het klein houden om de resultaten van een leefgewoonte waar te nemen. Maar als een week gezonde voeding dat resultaat heeft, wat betekent het dan als je jarenlang gezond of ongezond leeft? We hebben research gedaan over het onderwerk (borst)kanker en alle informatie op een rijtje gezet. Want een gewoon mens verdwaalt in het doolhof.
Hieronder tref je de volgende onderwerpen aan:
– Soja en onderzoeken
– Suiker en wat diabetesfonds daarover vertelt
– Koolhydraatarme voeding en onderzoeken
– Genetische gemodificeerde voeding
Soja producten
Er wordt veel geschreven over soja producten. De één zegt dat het geen positieve werking heeft op de gezondheid, de ander geeft aan dat het juist wel een gezonde werking heeft. Er zijn onderzoek gedaan en gepubliceerd door National Library of Medicine over soja. Lees mee over de bevindingen uit deze onderzoeken.
Onderzoeken
Het verband tussen de inname van sojaproducten en het risico op borstkanker is omstreden. De meeste epidemiologische onderzoeken die in de jaren negentig over dit onderwerp zijn gepubliceerd, waren niet bedoeld om deze vraag specifiek aan te pakken. Om de rol van soja verder te onderzoeken, hebben we een populatie-gebaseerde case-control studie uitgevoerd naar borstkanker onder Chinese, Japanse en Filipijnse vrouwen in Los Angeles County. Ons primaire doel was het kwantificeren van de risico’s op borstkanker die verband houden met de inname van soja tijdens de adolescentie en het volwassen leven bij Aziatisch-Amerikaanse vrouwen. In de periode 1995-1998 hebben we met succes 501 borstkankerpatiënten en 594 controlepersonen geïnterviewd. De inname van soja onder Aziatisch-Amerikanen is nog steeds relatief hoog; de mediane inname was 12 mg isoflavonen / dag, ongeveer een derde van die gerapporteerd in een recente studie in Shanghai, China. Het risico op borstkanker was significant omgekeerd evenredig met de inname van soja tijdens de adolescentie en het volwassen leven. Na correctie voor leeftijd, specifieke Aziatische etniciteit, opleiding, migratiegeschiedenis en menstruatie- en voortplantingsfactoren, vertoonden vrouwen die tijdens de adolescentie minstens één keer per week soja-inname meldden, een statistisch significant verminderd risico op borstkanker. Er was ook een significante trend van afnemend risico met toenemende soja-inname tijdens het volwassen leven. Toen we de soja-inname tijdens zowel de adolescentie als het volwassen leven overwogen, vertoonden proefpersonen die in beide perioden veel soja consumeerden het laagste risico (OR = 0,53, 95% BI = 0,36-0,78) vergeleken met degenen die gedurende beide perioden weinig consumeerden. Het risico op borstkanker was intermediair bij personen die veel soja consumeerden tijdens de adolescentie en weinig soja consumeerden tijdens de volwassenheid (OR = 0,77, 95% BI = 0,51-1,10). Op basis van een relatief klein aantal proefpersonen bleek het risico niet te verschillen tussen degenen die laag verbruikten tijdens de adolescentie en hoog verbruikers tijdens het volwassen leven. De resultaten bleven vergelijkbaar na correctie voor andere mogelijke verstorende factoren, waaronder andere voedings- en niet-voedingsrisicofactoren voor borstkanker. Deze resultaten tonen aan dat een hoge soja-inname tijdens de kinderjaren bij Aziatische Amerikanen geassocieerd is met een verminderd risico op borstkanker. Het risico kan verder worden verminderd door inname als volwassene. Bron: https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/12189192/
Conclusie:
Er is een substantiële vermindering van het risico op borstkanker bij vrouwen met een hoge inname (gemeten door uitscheiding) van fyto-oestrogenen, met name het isoflavonische fyto-oestrogeen equol en het lignan enterolacton. Deze bevindingen kunnen belangrijk zijn bij het voorkomen van borstkanker. Bron: https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/9329514/ en https://pubmed.ncbi.nlm.nih.gov/12189192/
*opmerking: soja kan wel een product zijn waar je allergisch op reageert, dus houdt dat in de gaten.
Suiker
Wanneer je een tumor in je lichaam hebt verbruikt deze tumor 60x meer glucose dan normaal. Datzelfde geldt voor ontstekingen. Daarom zou een beperking van suikerinname in theorie tumorgroei kunnen helpen vertragen. In België adviseerde een oncoloog aan haar mannelijke borstkankerpatiënt om suiker te matigen omdat zij aangaf dat dit een trigger kan zijn bij borstkanker. Maar toch zijn er maar weinig artsen die zich durven te wagen aan zulke uitspraken. Binnen de healthy food gaat het geluid steeds vaker op dat suiker een grote boosdoener is bij een heel aantal ziektebeelden. Maar ook het diabetesfonds doet er een uitspraak over. Lees meer via: leef bewust en diabetesfonds vertelt over woekering kankercellen
Is er een verband tussen suiker en kanker? De technische uitleg …
Kankercellen zijn primitieve lichaamscellen waarbij de controlemechanismen binnen de cel ontspoord zijn en daardoor een in principe onbegrensde vermenigvuldiging kan plaatsvinden. Dit wordt vermoedelijk veroorzaakt door beschadiging van het DNA, onze genen, in de celkern. Dit proces treedt veel eerder op tijdens een zuurstof tekort wanneer er anaerobe glycolyse plaatsvindt. Zelfs nog sterker direct nadat de anaerobe glycolyse is afgelopen en de zuurstofspannning zich herstelt. In deze fase van herstel kan het zuurstof veel schade aanrichten aan cel organen en DNA. Antioxidanten gaan oxidatieve schade aan de cel in zekere mate tegen. Insulineresistentie en verhoogde bloedsuikers in celkernen veroorzaken oxidatieve schade. Evenals spiercellen en zenuwcellen kunnen kankercellen goed suiker gebruiken voor hun energie maar zij gebruiken hierbij veel vaker en meer de anaerobe glycolyse, zelfs wanneer er voldoende zuurstof is. Zij verspillen dus energie. Dit is wellicht ook een van de redenen dat mensen in een gevorderd stadium van kanker veel afvallen. Vermoedelijk zijn er vele verschillende werkingsmechanismen die verantwoordelijk zijn voor het feit dat grotere hoeveelheden suiker een rol spelen bij ontstaan en bevordering van kanker. De meeste daarvan zijn waarschijnlijk nu nog niet eens bekend. Maar onderdrukking van de afweer door hoge insulinespiegels ten gevolge van een hoge suikerconsumptie lijkt in ieder geval een belangrijke factor. Daarnaast is duidelijk geworden dat mensen met diabetes (suikerziekte) een verhoogde kans op kanker hebben. Of dat nu direct door de hogere bloedsuikerspiegels komt, of indirect via het voorstadium met verhoogd insuline, we weten het niet. Wel duidelijk is dat er een ongunstige relatie is tussen een hoge suikerconsumptie en het optreden van kanker.
Feitje: Om te zien of er tumoren dan wel uitzaaiingen in het lichaam aanwezig zijn krijgt een patiënt daarvoor bedoelde onderzoeken op basis van scans. Bij nucleaire scans, zoals botscans, positronemissietomografie (PET)-scans en myocardperfusiescans, krijgen patiënten een radioactief gemerkte stof toegediend die bepaalde processen in het lichaam zichtbaar kan maken. Zo wordt 18F-fluorodeoxyglucose (FDG) radioactief suiker gebruikt om het glucoseverbruik van organen en weefsels te visualiseren. Omdat tumoren en ontstekingen veel brandstof (suiker) verbruiken, lichten deze op de scan op.
Koolhydraatarme voeding, Keto
Uit een nieuw onderzoek blijkt dat koolhydraatarme voeding zoals keto de behandeling van borstkanker effectief kan ondersteunen. Dat is de conclusie van Iraanse onderzoekers in een betrouwbare studie. Uit dit onderzoek blijkt dat de tumor in de borst flink slinkt, zeker in vergelijking met de controlegroep. Na twaalf weken blijkt dat de tumor bij mensen die koolhydraatarm/keto aten maar liefst gemiddeld 27 mm geslonken is, dit is 21 mm meer dan in de controlegroep, die niet koolhydraatarm/keto at. Daar slonk de tumor slechts 6 mm. Dit betrof proefpersonen met niet-uitgezaaide borstkanker. Bij uitgezaaide borstkanker was er geen duidelijk aantoonbaar verschil te meten. Hiervoor is meer onderzoek nodig. Koolhydraatarm/keto eten zorgt voor een minder ‘goed’ klimaat voor kankercellen. Tijdens de twaalf wekelijkse onderzoek kregen de patiënten naast chemokuren al dan niet een koolhydraatarm/keto menu voorgeschreven. In totaal deden er 80 patiënten mee aan dit onderzoek. Gedurende het onderzoek is er gecontroleerd op verschillende ‘kankermarkers’. Mensen die koolhydraatarm/keto aten hadden gunstigere bloedwaarden als het gaat om deze ‘kankermarkers’. Ook was het insulinelevel bij deze mensen lager, wat ook een gunstig effect heeft op de behandeling van borstkanker. Al met al blijkt dat een koolhydraatarme/keto aanpak ervoor zorgt dat de kankercellen zich minder goed kunnen voeden en de reguliere behandeling beter aanslaat. De onderzoekers van deze studie concludeerden: ‘het is aan te raden geen suikerrijke producten te eten wanneer je kanker hebt. Vetten zijn als je kanker hebt, een betere brandstofbron. Bovendien zijn deze producten overwegend rijker aan voedingsstoffen, die veel meer voor je kunnen doen, zeker als je verzwakt bent.’
Genetisch gemodificeerde voedingsmiddelen op een rijtje en de effecten
Genetisch gemodificeerde voedingsmiddelen (GGO’s): De snelgroeiende industrie van genetisch gemodificeerde gewassen infiltreert onze voedselvoorziening in een alarmerend tempo. Meer dan 90% van onze maïs en soja is nu genetisch gemodificeerd. Deze vrij nieuwe praktijk is de bron van veel debatten. Deskundigen zijn het erover eens dat er geen adequate tests zijn uitgevoerd voordat GMO-voedsel werd toegevoegd aan de ingrediëntenlijst van duizenden producten. Met andere woorden, niemand – ook de telers en fabrikanten van GGO-voedingsmiddelen – kent het langetermijneffect dat ze op de menselijke gezondheid zullen hebben. Zoek waar mogelijk naar GMO-vrije labels of koop biologisch (wat altijd betekent dat een product niet genetisch gemodificeerd is).
Magnetronpopcorn
Van de chemisch gevoerde zak tot de daadwerkelijke inhoud, popcorn in de magnetron staat centraal in de debatten over longkanker over de hele wereld. Niet alleen zijn de pitten en olie waarschijnlijk GGO (wat de fabrikant niet hoeft te onthullen) tenzij biologisch, de dampen die vrijkomen uit kunstmatige botersmaakstof bevatten diacetyl, dat giftig is voor mensen. Maak je eigen biologische popcorn op de ouderwetse manier – het smaakt beter, geeft geen giftige dampen af en is een gezondere keuze voor jou.
Ingeblikte goederen
De meeste blikjes zijn bekleed met een product genaamd bisfenol-A (BPA), waarvan is aangetoond dat het de hersencellen van ratten genetisch verandert. Veel plastic producten, thermisch papier, waterleidingen en veel tandheelkundige composieten bevatten ook BPA. Help je DNA te beschermen door je te houden aan verse of bevroren groenten zonder toegevoegde ingrediënten voor de tafel van je gezin! Deze zijn beter voor u en het hele jaar door verkrijgbaar.
Gegrild rood vlees
Hoewel gegrild voedsel heerlijk kan smaken, hebben wetenschappers ontdekt dat bij het bereiden van vlees op deze manier – vooral vleeswaren zoals hotdogs – een kankerverwekkende stof vrijkomt die hetero cyclische aromatische aminen worden genoemd. Wanneer u rood vlees grilt tot het doorbakken is, verandert dit de chemische en moleculaire structuur van het vlees. U kunt beter bakken, grillen of vlees bereiden in een koekenpan dan op de grill.
Geraffineerde suiker
Het voedsel dat (verreweg) het meeste kanker veroorzaakt, is fructose-glucosestroop (HFCS) en andere geraffineerde suikers. Zelfs bruine suiker is zeer geraffineerde witte suiker waaraan een deel van de verwijderde melasse is toegevoegd voor smaak en kleur. Geraffineerde suikers (en voedsel dat ermee wordt gemaakt) zijn de bron van grote insulinepieken en voeden de groei van kankercellen. Aangezien het grootste deel van de suikervoorziening in de VS wordt gemaakt met genetisch gemodificeerde (GMO) suikerbieten, is een gezondere optie biologische honing, kokossuiker of ahornsuiker. Nu oncologen diabetesmedicatie gebruiken om kankercellen te bestrijden, lijdt het geen twijfel (eindelijk) dat die gemuteerde kankercellen van suiker houden.
Gezouten, gepekeld en gerookt voedsel
Deze producten bevatten doorgaans conserveermiddelen, zoals nitraten, die bedoeld zijn om de houdbaarheid te verlengen. De additieven die in bewerkte voedingsmiddelen worden gebruikt, kunnen zich na verloop van tijd in uw lichaam ophopen. Uiteindelijk veroorzaken dergelijke gifstoffen schade op cellulair niveau en leiden ze tot ziekten zoals kanker. Wanneer gerookt voedsel op hoge temperaturen wordt gekookt, worden de nitraten omgezet in de veel gevaarlijkere nitrieten. Opmerking: met gepekeld voedsel bedoelen we niet het gefermenteerde voedsel dat u thuis maakt.
Frisdrank en koolzuurhoudende dranken
Frisdrank staat al twee decennia centraal in het gezondheidsdebat als een belangrijk kankerverwekkend voedsel. Gevuld met glucose-fructosestroop (HFCS), kleurstoffen en tal van andere chemicaliën, zijn ze erg slecht voor elk aspect van je gezondheid. Ze bieden geen voedingswaarde en beroven uw lichaam van de voedingsstoffen die u uit ander voedsel haalt. Als u ‘dieet’ aan het etiket toevoegt, betekent dit dat u waarschijnlijk ook aspartaam gebruikt – wat niet beter is dan rattengif voor menselijke cellen.
Witte bloem
Wanneer bloem wordt geraffineerd, wordt alle voedingswaarde verwijderd. Vervolgens wordt het gebleekt met chloorgas om het aantrekkelijker te maken voor consumenten. De glykemische index voor witte bloem is erg hoog, wat betekent dat het uw insulinegehalte verhoogt zonder voedingsbrandstof. Koolhydraten worden door je lichaam omgezet in suikers, dus te veel producten die witte bloem bevatten, kunnen leiden tot een verhoogde insulineresistentie. Eenvoudige suikers (zoals geraffineerde koolhydraten) zijn de favoriete brandstofbron voor kanker.
Gekweekte vis
Commerciële visteelt omvat het kweken van een ongelooflijk aantal vissen (zoals zalm) in een drukke omgeving. Meer dan 60% van de zalm die in de Verenigde Staten wordt geconsumeerd, is afkomstig van een kweekbedrijf waar ze worden behandeld met antibiotica, pesticiden en andere kankerverwekkende chemicaliën om de bacteriële, virale en parasitaire uitbraken die het gevolg zijn van het proppen van zoveel vissen in een kleine ruimte. Gekweekte vis bevat ook niet zoveel omega-3 als wilde zalm.
Gehydrogeneerde oliën
Plantaardige oliën worden chemisch gewonnen uit hun bron, chemisch behandeld en er worden meer chemicaliën toegevoegd om de geur en smaak te veranderen. Ze zitten boordevol ongezonde omega-6-vetten (die Amerikanen al veel te veel consumeren) en het is bewezen dat ze de structuur van ons celmembraan veranderen
Wat kunt je zelf doen?
Eet veel groente, fruit en vette vis. Deze bevatten ook veel kanker remmende stoffen. Eet minder suiker en ‘loze’, geraffineerde koolhydraten, zoals witbrood en koek, pasta en witte rijst. Volkorenproducten en vliesrijst bevatten veel meer nuttige stoffen en worden ook iets langzamer in suiker omgezet. Dat betekent minder kans op suikerziekte en vermoedelijk mede daardoor ook minder kans op kanker. Vermijd het drinken van alcohol. Niet alleen wordt alcohol voornamelijk omgezet in suiker, maar alcohol stimuleert ook de vaatgroei. Hierdoor kunnen kleine tumoren makkelijker groter worden en zich uitzaaien. Zorg voor voldoende beweging. Door voldoende beweging is ook de werking van insuline efficiënter. Dat betekent dat bewegen behalve preventief voor kanker ook de kans op suikerziekte verlaagt.
Door chemo minder resistent tegen gluten
Tijdens chemo verandert de smaak en ook vertering in het maagdarmsysteem verandert. De darmen lijken gevoeliger te worden door de chemotherapie. Krijg je nu echt heel veel last van de darmen dan is het middel Synerga een uitkomst (te bestellen bij o.a. Broeders in Oosterhout). Tevens is het aan te raden om tijdens de chemotherapie minder gluten te eten. Want de ketens van gluten zijn voor de darmen lastig te verteren en veroorzaakt klachten.
Extra veel eten is een bakerpraatje
Er zijn ziekenhuizen waar ze borstkankerpatiënten extra slagroom laten eten omdat ze een pittige periode tegemoet gaan. Na 1 of 2 chemo’s begint het lichaam te protesteren en zwaar eten is dan juist niet fijn. Een veel gehoorde opmerking is juist dat patiënten na de chemo zijn aangekomen en in het natraject dan ook nog eens van de extra kilo’s af willen komen. Dat kun je veel beter voorkomen dan genezen. Goed voor jezelf zorgen betekent zeker niet extra veel of vet gaan eten. Lichte maaltijden, eventueel glutenvrij is veel meer aan te bevelen. Het zou wat anders zijn als je tijdens de chemoperiode alleen maar overgeeft, geen voeding meer binnenhoudt en afvalt. Dit komt echter bij borstkanker niet zo vaak voor. Extra vitaminen is zeker aan te raden en meestal dien je ze wat op te hogen in verband met de chemo’s. Je kunt dit in overleg doen met een natuurarts. Lees gerust het blog terug van Iris met een opsomming van wat ze gebruikt tijdens haar behandeltraject.
Iris had HER2+
Iris Lemeare heeft het hele behandeltraject doorlopen en schreef over al haar ervaringen, behandelingen en uitdagingen. Juist omdat zij nergens met haar vragen terecht kon maar wel de antwoorden en oplossingen ging zoeken is dit voor haar een inspiratiebron geweest die informatie te gaan delen. Zo kwam Stichting Supervrouw tot stand. Ze schreef er ook een boek over. Wellicht vind jij het fijn om te lezen over middeltjes die je op de been houden tijdens chemo? Of wil je juist lezen hoe een stereotactisch biopt gaat. Of gewoon hoe Iris het leven van alledag combineerde met het behandeltraject? Je kunt het boek hier bestellen.
Maar je kunt ook terecht bij Stichting Supervrouw als je vragen hebt over de nazorg. Want het behandeltraject is het begin, als je eenmaal klaar bent kom je in de volgende fase. Schroom niet om ons te bellen. We helpen je graag.